Archieven april 2019

Oranje borrel Gemeente Beuningen

Voor inwoners van de Gemeente Beuningen die ooit een koninklijke onderscheiding hebben gekregen is er dit jaar voor het eerst een speciale ‘Oranjebijeenkomst’ georganiseerd.

KoMore was gevraagd om tijdens deze bijeenkomst een miniconcert ten gehore te brengen voor de genodigde gasten.

aankondiging in Gelderlander

 

 

KoMore-lid krijgt een lintje

“Ons Ing” heeft een lintje mogen ontvangen deze vrijdag en is nu Lid in de Orde van Oranje Nassau.

Zij kreeg de orde opgespeld vanwege haar lidmaatschap van het koor Komore waar ze al 26 jaar zingt, werkt doet voor het clubblad en activiteiten organiseert. Ook is zij bestuurslid van de buurtvereniging Straotakker waar ze buurtdagen, uitstapjes, het sinterklaasfeest en jubilea regelt. Daarnaast is ze lid en secretaris van het smartlappenkoor Drie Veur Af en de steun en toeverlaat van het koor. Ingrid is ook nog medeorganisator van Offers Treffe en met Drie Veur Af organiseert ze jaarlijks een muzikaal festival waarbij ze de inzet van vrijwilligers, de inkoop, de soepbereiding en het op- en afbouwen coördineert.

Het was een enorme verrassing voor Ingrid, het hele huis stond vol met familie en een aantal afgevaardigden van de beide koren.
’s Avonds bij camping Roland, de thuisbasis van het smartlappenkoor, hebben we nog een after-party gehad.

Super verdiend en een ontzettend bijzondere dag.

 

Pasen – Paaswake

Vóór de viering

Kind:
Mama, waarom ben ik hier in de kerk met al die mensen?
Het is toch al laat, en het wordt donker.

Moeder:
Omdat wij ’s avonds tot rust willen komen, in het donker wordt ons oog gescherpt.
Dan doen we beter ons best om naar de dingen te kijken, om te zien wie wij zijn, en wie wij kunnen worden.

Kind:
Straks wordt het donker, en het is al zo duister in de kerk.
Waarom brandt er geen licht?

Moeder:
Omdat uit het donker het licht nog moet komen, uit de slavernij de vrijheid, uit de dood het leven.

Kind:
Wanneer komt het licht?

Moeder:
Je zal het kunnen zien.
Van zodra we gehoord hebben wie het licht is op onze weg, zodra we zijn vuur te midden van ons hebben gezien.
Wees dus stil en luister.
Hoor hoe zijn naam geroepen wordt, tot drie maal toe.
Kijk naar zijn Licht, en ontsteek jezelf in vuur en vlam …

Het verhaal van de schepping

Vanavond dromen we hoe het anders worden kan met ons en de wereld. Het aloude scheppingsverhaal in Genesis verteld over de doorbraak van het licht in een geschiedenis van chaos en aardedonker, en over God die mensen het volle leven gunt en het daarom toevertrouwt aan elkaar.

De eerste dag schiep God het licht, schiep Hij dagen en nachten, de tijd die ons uitdaagt, die ons kansen biedt, die bron is van vreugde of van verdriet.
De tweede dag schiep God de hemel, ruimte en lucht waardoor wij onze longen vullen met adem.
De derde dag schiep God de aarde en de zee, de grond waarop wij staan, waarop planten en bomen groeien, de zee die voor de regen zorgt.
We kunnen wonen en eten en ons laven aan kostbaar water.
De vierde dag schiep God de zon en de maan en de sterren. Ze geven ons licht en warmte, en onderscheiden dagen en jaren.
We mogen genieten van de seizoenen die reliëf brengen in ons leven.
De vijfde dag schiep God de dieren, ze bevolken de aarde en de zee. Ze mogen leven en leven geven, ook aan ons.
De zesde dag schiep God de mens, man en vrouw, Zijn beeld en gelijkenis. En hij zegende de mens tot vruchtbaarheid en tot zorg over de schepping.
De zevende dag rustte God van Zijn scheppingswerk, het is een dag van stille dankbaarheid voor alles wat Hij voltooide. Het is een dag voor God, een dag van lofzang voor Zijn schepping.

Bezinning

Hij is verrezen!
Zoek Hem waar Hij te vinden is.
Niet in een verre geschiedenis, niet in koude stenen, niet in dode letters.
Hij leeft, overal waar mensen geven om elkaar, waar mensen kiezen voor de liefde en het leven, voor schoonheid, goedheid en waarheid.
Waar mensen elkaar op de been helpen en tot leven helpen komen.
Hij laat zich vinden door wie Hem zoekt, Hij doet open voor wie klopt, Hij antwoordt aan wie vraagt.
Hij leeft en brengt leven!

Goede vrijdag

Zijn laatste woorden

1. ‘Mijn God, Mijn God, waarom hebt U mij verlaten’ uit Psalm 22

Iedereen wenst mij dood. En Gij o God – dag en nacht roep ik tot U, maar geen antwoord.
Zo ken ik U niet, God van mijn volkd zijt Gij toch, God die bevrijdt, waar zijt Gij toch, God zo ver God zo vreemd.
Ooit kwam ik uit Uw hand, van meet af aan behoor ik U toe, maar onbewogen blijft Gij.
Alsof ik niet meer voor U besta.
Geen mens ben ik meer, een wrak, een rillende ziel – God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten?

2. ‘Vergeef het hun want zij weten niet wat ze doen’\

Nu is hij dood, dat komt er van, hij had het kunnen weten, zoals hij ook leefde, wie doet dat nou, zo red je het niet.
Ach ja liefde het hoort er bij, je moet wel ’s wat maar hij – er zijn grenzen wat bezielt hem.
Noemt zich maar brood, deelt zich maar uit, alsof het allemaal kon.
Zo heb je geen leven, liefde alleen maar liefde, het wordt je dood.
Wie was hij eigenlijk, toch geen mens als wij, hij had iets met God zegt men, maar goed dat hij weg is.
Op de één of andere manier maakte hij je onrustig.

3. ‘Ik verzeker je, nog vandaag nog zul je met mij in het paradijs zijn’

Ergens is er een begin van geloof, groeit de hoop, dat alles vrucht draagt.
Zelfs wat zinloos lijkt als dood en ondergang.

Het groeit waar mensen gelouterd zijn, de pijn voorbij, tranen gedroogd, de moed hervonden.

Het groeit waar mensen elkaar verhalen vertellen, ter herinnering, ter bemoediging:
weet je nog van toen, w eet je: alles zal nieuw worden.
Het zal jou gaan zoals het ging met Hem, Jezus van Nazaret, die ene rechtvaardige, een mens uit miljoenen, Zoon van God;

Die lijdensverhalen gaan over Hem, maar niet minder over ons: liefde vermag meer dan schuld. Dat is gebleken.
Aangetoond door Hem, een nieuw gebod. Ga dan, en doe evenzo.
Je kunt het, je bent een mens, een onvervangbaar wezen: je wint het van de dood!

Het verhaal gaat dat het vroeg in de morgen, vroeg in het voorjaar, is gebeurd: stilte in de tuin, het graf geen put van zorgen meer, de dood overwonnen.

De dode bomen komen weer tot leven. En al wat leeft getuigt ervan: de mens zal niet sterven – hij zal leven.

4. ‘Vader, in uw handen beveel ik mijn geest’

Hij tenslotte.

Machteloos, aan het kruis genageld, riepen de mensen, doof en blind, Hem om een wonder: anderen redden en jezelf niet? Kom toch van dat kruis af!

Meer dan de wonden heeft dit Hem pijn gedaan.

5. ‘Ik heb dorst’

Het helpt geen zier, wat moet ik doen? Onmachtig ben ik.
Waarom zou men een kruis vereren? Het helpt geen zier.
Maar dragen dan, dat kruis van een ander een tijdje op je schouders nemen?
Of het jou helpt, weet je niet, hem in ieder geval wel.

6. ‘Dat is je zoon. Dat is je moeder’

Jezus van Nazaret geboren in Bethlehem, op 33-jarige leeftijd te Jeruzalem overleden.

Het was geen vage droom die Hij voorstond, geen ver en onbereikbaar ideaal.
Het heil was binnen zijn bereik: liefde onder elkaar.

Het was drie uur in de middag toen Hij stierf. Zijn moeder was er bij, de leerling van wie Hij veel hield, de vele anderen, met stomheid geslagen, geloof geweken, moed verloren.

In heel het land van Galilea klinkt nog zijn stem: ‘laat uw hart niet verontrust worden Gij hebt mij horen zeggen: ik ga heen, maar ik keer bij u terug’.

7. ‘Het is volbracht’

Was dit het dan? Het is voorbij. Zij gaan naar huis, de priesters en de farizeeën. Geen vragen meer geen twistgesprek: het is gedaan!
De man aan ’t kruis verlaten overleden. Waar was zijn God in ’t donkere uur van lijden en van hatelijke kreten?

Voorbij, gedaan, in ’t graf gelegd door menselijke handen.
Was dit de droom, een betere tijd, een nieuw verbond met God?
Zo lijkt het wel voorgoed voorbij dit nieuw verhaal van mensen.
Maar God, God droomt van een nieuwe dag met licht van Zijn verrijzen.